Op de kop af is het vandaag, zaterdag 19 maart 2011, honderd jaar geleden dat er voor het eerst een Amsterdamse Ajacied in Oranje speelde. Gé Fortgens maakte op 19 maart 1911, een dag en elf jaar na de oprichting van AFC Ajax, zijn debuut in het vriendschappelijk duel tegen België.

Eigenlijk was Iman Dozy de eerste ‘Ajacied’ die zich hulde in het tricot van Oranje. De multi-functionele speler van Ajax Leiden bracht in 1907 vier interlands op zijn naam. De eerste échte Amsterdamse Ajacied die zijn land tussen de krijtlijnen diende, was Gé Fortgens. België – Nederland was daarmee op 19 maart 1911 niet alleen vanwege de uitslag (1-5) een bijzondere interland. Met de Ajacied Fortgens in het Nederlands elftal zag een mooie traditie het levenslicht. Ajax zou in de daaropvolgende eeuw, of eigenlijk pas echt sinds de jaren zestig uitgroeien tot dé onbetwiste hofleverancier van Oranje.

Lang nadat Fortgens in juli 1912 zijn achtste en laatste interland speelde (op de Olympische Spelen in Stockholm, 1-4 verlies tegen de Denen) brak op 13 december 1995 een nieuw Ajax-hoogtepunt aan in de roemruchte historie van Oranje. Het Nederlands elftal dat zich op 13 december 1995 via een beslissingswedstrijd tegen Ierland plaatste voor het Europees kampioenschap van 1996, bestond uit liefst acht Ajacieden en twee ex-Ajacieden. De overgebleven international, was Glenn Helder. Om het (Nederlands) elftal Ajacieden te completeren: Helder was ooit jeugdspeler in de Ajax-jeugdopleiding.

De interland die Oranje hetzelfde jaar speelde tegen Portugal toonde het andere uiterste: geen Ajacieden in de selectie. De vriendschappelijke interland werd door de Ajax-spelers geboycot, omdat de Amsterdammers gelijktijdig een trainingskamp hadden belegd in Griekenland. Meerdere debutanten maakten tegen de Portugezen hun opwachting in Oranje. Ook oud-Ajacied en huidige Ajax-jeugdtrainer Michel Kreek dankt zijn enige optreden als international uitgerekend aan de boycot van zijn oud-clubgenoten.

Soms debuteerden er meerdere Amsterdammers tegelijk in Oranje, zoals bijvoorbeeld in 1919 toen Henk Hordijk, Theo Brokmann en Wim Gupffert mochten aantreden tegen Zweden. Brokmann en Gupffert scoorden ook nog in het met 3-1 gewonnen oefenduel. De vliegende keeper, zo genoemd omdat hij zowel voor Ajax als voor Arsenal speelde, Gerrit Keizer, was de eerste Ajacied die in een kwalificatieduel stond opgesteld. Nederland won die 29e april 1934 van België.

Dat er meerdere Ajacieden tegelijk debuteerden, was geen uitzondering in die honderd jaar, maar met drie man sterk kwam na 1919 niet meer voor. Wel waren Henk Groot en Ben Muller samen bij hun eerste optreden in Oranje en debuteerden ook Frank Rijkaard en Wim Kieft samen (Zwitserland – Nederland 2-1). Maar er zijn meer fraaie Ajax-combinaties die het Nederlands elftal versterkten. Wat te denken van Marco van Basten en Ronald Koeman? Of Jan Wouters en Danny Blind, John van ’t Schip en John Bosman. En recenter nog: Klaas Jan Huntelaar en Urby Emanuelson.

Inmiddels leverde Ajax al 109 spelers af aan het keurkorps in Zeist. Dit seizoen voegde Siem de Jong zich als laatste bij de imposante rij door op 11 augustus 2010 te debuteren in de oefenwedstrijd tegen Oekraïne (1-1).

Recordhouder van Oranje, is ook al een oud-speler van Ajax: Edwin van der Sar. De doelman van Manchester United keepte tussen 7 juni 1995 en 5 juni 1999 als keeper van Ajax 39 wedstrijden in Oranje. Daarmee is hij geen Ajax-recordhouder. Die titel is nog altijd weggelegd voor Ruud Krol, die 71 caps als Ajacied achter zijn naam heeft staan. De verdediger voegde na zijn vertrek uit Amsterdam er nog twaalf aan toe als speler van Vancouver en Napoli. Krol was ook de Ajacied met de meeste WK-duels, namelijk 14. De huidige trainer Frank de Boer volgt op gepaste afstand als tweede. De Boer kwam tot 65 interlands als Ajacied.

Van de huidige generatie Ajacieden heeft Maarten Stekelenburg de meeste optredens in Oranje achter zijn naam. Net als assistent-trainer Danny Blind speelde hij 40 interlands. Stekelenburg was de 101ste Ajacied in Oranje. Ruim vijf maanden voor het debuut van Stekelenburg op 3 september 2004, was Nigel de Jong de honderdste. De Jong debuteerde tegen Frankrijk.

En met de lijn die trainer Frank de Boer heeft ingezet, (nog) meer jeugd in Ajax 1, zal het niet lang duren of jongens als Lorenzo Ebecilio maken over een paar jaar hun debuut in Oranje.

Bron: Ajax