In een zonnig en bloedheet Rio de Janeiro heeft Ajax het trainingskamp afgesloten met een oefenwedstrijd tegen Vasco da Gama. Het duel eindigde in een 1-0 nederlaag. Voorafgaand aan de wedstrijd werd afscheid genomen van clubheld Pedrinho, waardoor de wedstrijd een klein kwartier later begon. De wedstrijd, waarbij Braziliaans sambavoetbal werd gehoopt, stelde flink teleur met vooral veel afwachtend voetbal van beide kanten. De met gras begroeide zandvlakte, waarop gespeeld werd door de teams, werkte daar niet aan mee.
Na een saai begin van de wedstrijd nam Bernardo van Vasco na een kwartier aan de linkerkant van het veld een vrije trap. Deze werd uitstekend binnengekopt door linksachter Wendel. Halverwege de eerste helft kregen beide teams een paar minuutjes de mogelijkheid om ter afkoeling wat te drinken. Naast een mooi hakballetje van Pedrinho en enkele kleine kansjes voor Ajax gebeurde er bar weinig tijdens het eerste half uur. Na de drinkpauze had Kenneth Vermeer het nog vrij lastig met een schot van een Braziliaanse aanvaller.
Met Ryan Babel en Jasper Cillessen als invallers met rust begon Ajax de tweede helft vrij dreigend te spelen. Desondanks kwam Vasco da Gama vijf minuten na rust op een 2-0, het doelpunt werd echter afgekeurd. Een kans één tegen één belandde op de paal, waarna de rebound vanuit een buitenspelsituatie werd gescoord. Niet lang daarna miste Siem de Jong een soortgelijke kans. Na een uur spelen kreeg hij zijn grootste kans. Toen schoot hij van een meter afstand voor open doel over.
Na 65 minuten begon het circus van het wisselen. Nadat onder andere Pedrinho werd gewisseld aan Braziliaanse kant, deed Ajax zeven wissels in één. Eén daarvan, Stefano Denswil, kwam net als De Jong eerder met een zeer grote kans. Zijn schot werd echter tegengehouden door de ingevallen doelman van Vasco. Uiteindelijk maakte als laatste ook Kolbeinn Sigthórsson zijn rentree bij Ajax. De IJslander, die in een interview vertelde ‘het nogal warm te vinden in Rio’, is net als Babel herstellende van een schouderblessure.
Opstelling Ajax:
Vermeer (/’46 Cillessen), Van Rhijn (/’65 Ligeon), Veltman, Moisander (/’65 Denswil), Blind (/’65 Dijks); Schöne, Poulsen (/’65 Enoh), Eriksen (/’65 Andersen) ; Sana (/’46 Babel (/’79 Sigthórsson)), De Jong (/’65 Hoesen), Boerrigter (/’65 Lukoki)
Doelpuntenmakers:
’16 Wendel (1-0)
